Blog

De week van de slagers

Bij Hesseling vind je geen grote productiehal vol machines maar vakkundige, specialistische medewerkers. Een team van 30 medewerkers werkt elke dag aan topkwaliteit. Voor ‘de week van de slagers’ vroegen we Hesseling slagers Perry, Ed en Barry waarom zij slager zijn geworden en hoe zij het werken bij Hesseling ervaren.

Perry

Perry werkt al 42 jaar bij Hesseling Vlees. Toch was het voor hem geen jongensdroom om slager te worden. Sterker nog, Perry heeft een technische opleiding afgerond. Toch kwam hij op zijn 18e via via bij Hesseling terecht. “Ik had nooit verwacht jaren bij Hesseling te werken, maar 42 jaar later sta ik er nog steeds”. vertelt Perry.

Perry begon als schoonmaker en pakte alles met twee handen aan. Zo is hij in zijn tijd bij Hesseling uitgegroeid tot een echte vakslager. “Pas na 10 tot 12 jaar begon het echte werk hoor”, lacht Perry “Toen ik slagerswerk mocht gaan doen werd het pas echt leuk, maar ik heb in 42 jaar nog geen seconde spijt gehad van de keuze om bij Hesseling te gaan werken”.

Het mooiste stukje vlees om mee te werken? Dat is voor de Perry de ossenhaas. “buiten het feit dat het een duur stukje vlees is, is het een bepaalde handigheid die je moet hebben om hem echt goed schoon te maken’’ vertelt hij. Maar de ossenhaas is niet het stuk vlees dat Perry graag op zijn bord ziet, absoluut niet zelfs. “Geef mij maar een lekker stuk Rib Eye”.

Of Perry anderen kan adviseren voor het slagersvak te kiezen? “Tja, aan het begin van je carrière moet je veel tijd investeren. Maar als je enigszins wat met vlees hebt, zou ik zeker voor de slagersopleiding gaan”.

Ed

Ook voor Ed was de slagersopleiding niet de eerste keus. Voordat hij aan de 6-jarige opleiding begon startte hij verschillende andere opleidingen. Die uiteindelijk toch net niet bij hem bleken te passen.

Het slagersvak paste wel, al voor zijn twintigste was Ed chef slager! “Daarna ben ik het bedrijfsleven ingerold, maar na een tijd als assistent bedrijfsleider en inkoper ben ik vijf jaar geleden toch weer gaan slageren”. Sindsdien werkt Ed ook met veel plezier bij Hesseling.

“Het slagersvak is een mooi vak”, vertelt Ed, “het afvliezen, uitbenen, klantcontact, zo kan ik nog wel even doorgaan”. Of het slageren in al die jaren is veranderd? “Jammer genoeg is alles meer gestandaardiseerd en geautomatiseerd tegenwoordig, maar ja dat is met alle beroepen zo toch?”’ vertelt Ed.

Het mooiste stukje vlees om mee te werken vindt Ed voor de varkensprocureur van de Varkensnek. “En ja, dit is ook zeker mijn favoriete stukje vlees op het bord” zegt Ed met een grote glimlach.

Barry

Wilde eigenaar en chef slager Barry dan wel van kleins af aan slager worden? “Het trok me wel altijd al aan, maar om meteen te zeggen dat ik altijd al droomde om slager te worden is overdreven’’ Barry kwam er wel heel snel achter dat hij wat met zijn handen wilde gaan doen in combinatie met ambacht. Met een vader die werkzaam was in een slagerij, was de slagersvakopleiding geen vreemde keuze. Barry begon zijn carrière in een keurslagerij in Amsterdam. Hij heeft in de loop van de jaren ongeveer bij 5 slagerijen gewerkt voordat hij bij Hesseling terecht kwam.

Op de vraag hoe hij uiteindelijk bij Hesseling terecht is gekomen vertelt Barry: “Voordat ik bij Hesseling begon werkte ik bij een vleeswaren groothandel en een uitbenerij. Dat vond ik wel leuk maar net niet helemaal. Ik wilde iets anders en de horeca slagerij kant kende ik nog niet echt. Ik kwam een advertentie tegen bij Hesseling en zodoende heb ik gesolliciteerd”.

Het eerste moment dat Barry bij Hesseling binnen kwam, wist hij het zeker, dit was iets wat hij echt leuk vond. “Het werken met kwaliteitsvlees in combinatie met de horeca is in een woord geweldig”.

Terwijl Barry eigenlijk binnenkwam om het slagersvak nog beter onder de knie te krijgen is hij vandaag de eigenaar van Hesseling. Dat ging natuurlijk niet van de ene op de andere dag maar Barry kreeg van het begin af aan veel kansen “En die heb ik met twee handen aangepakt”, vertelt Barry trots. Zo heeft hij, onder andere, als stagiaire in de keuken en bij leveranciers mee gelopen. “Praten met chef-koks, eigenaren van restaurants en ook de leveranciers, daar leer je gewoon heel veel van’’ vertelt Barry.

Het mooiste stukje vlees om mee te werken vindt Barry een moeilijke vraag. Maar, als hij echt moet kiezen gaat hij voor het lamsvlees, hele lammeren van top tot teen. “Het is zo’n mooi, veelzijdig product” zegt Barry. Op de vraag wat Barry het liefst op zijn bord ziet liggen antwoord hij “Ik kan van een speklapje genieten, maar ook van een mooi DubbelDoel Ribstuk. Als het maar goed bestorven is, een mooie dooradering heeft en de tijd heeft gehad om te rijpen’’.

Tegenwoordig kiezen jongeren niet snel meer voor het slagersvak. Barry vindt dit heel jammer. Volgens hem zou de jeugd niet moeten kijken naar lange dagen, maar naar het ambacht. “Daar is vroeger, nu en in de toekomst gewoon altijd werk in” benadrukt Barry. Hij vertelt dat er in de slagerij altijd vraag is naar echte vakmensen. En dat wordt alleen maar meer, denkt hij. “We gaan een toekomst tegemoet waar men nog bewuster is van het kwaliteit en de herkomst van het vlees. Consumenten worden steeds bewuster en willen steeds vaker weten wat ze eten”.

Barry’s tip voor de jeugd? “Ga eens kijken bij een slager in de buurt of kom een dagje bij ons meedraaien om te kijken hoe wij met een product omgaan en hoe wij naar een product kijken’’.

‘’ We hoeven niet meer vlees te eten, liever iets minder maar ga dan wel voor vlees van een goede kwaliteit en een mooie achtergrond en afkomst‘’